Hoofdstuk 8: Rendabiliteitsratio’s (p197)
- Gepubliceerd in Boekhouden
- Lees 1740 keer
Brutoverkoopmarge vóór belastingen (%)
Nettoverkoopmarge vóór belastingen (%)
Evenwichtsverkoophoeveelheid
Evenwichtsverkoopbedrag
Veiligheidsmarge (%)
- Een aanduiding voor het bedrijfsrisico van de onderneming
- Geeft aan met welk percentage de verkopen mogen dalen vooraleer het nettobedrijfsresultaat 0 wordt
Graad van operationele hefboom
- Hoe meer het nettobedrijsresultaat 0 nadert, hoe groter de graad van operationele hefboom
- Indicator van da variabiliteit van het nettobedrijfsresultaat in functie van de verkopen of van het bedrijfsrisico
Hypothesen van evenwichtspuntanalyse en operationele hefboom:
1) Prijs en variabele kost per eenheid blijven constant, ongeacht het volume.
2) In de break-even-analyse worden de (totale) vaste kosten constant verondersteld voor alle mogelijke volumes.
3) Indien men evenwichtspuntanalyse toepast op een onderneming met verschillende producten, veronderstelt men dat de productmix van de diverse producten constant blijft, zodanig dat de contributiemarge voor de onderneming in haar geheel gelijk blijft.
Brutorendabiliteit van het totaal van de activa vóór belastingen (%)
Nettorendabiliteit van het totaal van de activa vóór belastingen (%)
Brutorendabiliteit van de bedrijfsactiva vóór belastingen (%)
Nettorendabiliteit van de bedrijfsactiva vóór belastingen (%)
- De rendabiliteit van de bedrijfsactiva legt de nadruk op de prestaties van het management op gebied van verkoop en/of productie van goederen en diensten en laat toe de invloed van de financiële investeringen uit te schakelen bij de beoordeling van de handels- en industriële prestaties van de onderneming
Rotatie van de bedrijfsactiva (x)
Brutorendabiliteit van de bedrijfsactiva vóór belastingen (%)
= brutoverkoopmarge vóór belastingen x rotatie van de bedrijfsactiva
Nettorendabiliteit van de bedrijfsactiva vóór belastingen (%)
= nettoverkoopmarge vóór belastingen x rotatie van de bedrijfsactiva
Rotatie van de vaste bedrijfsactiva (x)
Rotatie van de vlottende bedrijfsactiva (x)
Nettorendabiliteit van het eigen vermogen vóór belastingen (%)
Nettorendabiliteit van het eigen vermogen na belastingen (%)
Brutorendabiliteit van het eigen vermogen na belastingen (%)
- relatieve maatstaf voor het zelffinancieringspotentieel van de onderneming.
Financiële hefboom: verband tussen de rendabiliteit van het eigen vermogen en de rendabiliteit van het totaal van de activa.
Financiële hefboommultiplicator (x)
Graad van financiële hefboom (x)
- De graad van de financiële hefboom is dus een aanduiding betreffende de variabiliteit (‘volatiliteit’) van de winst na financiële kosten, dus betreffende het financiële risico van de onderneming.
- Hoe groter de graad van de financiële hefboom, hoe kleiner de multiplicator.
Financiële hefboom als som:
Nettorendabiliteit van het eigen vermogen vóór belastingen (%)
= nettorendabiliteit van het totaal van de activa vóór belastingen
+ [(nettorendabiliteit van het totaal van de activa vóór belastingen
- gemiddelde interestvoet van het vreemd vermogen)
X (vreemd vermogen/eigen vermogen)]
Waarbij: gemiddelde interestvoet van het vreemd vermogen (%)
- Hoe groter de algemene schuldgraad, hoe sterker de financiële hefboom werkt.
Graad van operationele, financiële en totale hefboom
Graad van totale hefboom (x)
x
= graad van financiële hefboom x graad van operationele hefboom
Winst per aandeel (EUR)
- Indicator van de economische prestaties van een onderneming.
- Houdt geen rekening met reservering.
- Zo stijgt de winst per aandeel ondanks het feit dat de rendabiliteit van het geïnvesteerde vermogen niet gestegen en eventueel zelfs gedaald is.
Prijs/winst-verhouding: geeft weer hoeveel maal de belegger bereid is de winst per aandeel te betalen voor één aandeel.
Prijs/winst-verhouding (x)
De waarde van een aandeel is afhankelijk van de verwachte winststroom per aandeel en zal veranderen indien de winstverwachtingen wijzigen.
Een succesvolle onderneming met goede vooruitzichten heeft een hogere prijs/winst-verhouding.
Houdt geen rekening met het dividend per aandeel.
Cashflow per aandeel (EUR)
Prijs/cashflow-verhouding (x)
Dividend per aandeel (EUR)
Algemeen dividendmodel:
P0 = marktprijs bij het begin van de periode
P1 = marktprijs bij het begin van de periode
D1 = dividend per aandeel
K = marktrendabiliteit van het aandeel
1jaar:
k of P0
n jaar:
P0
Dividendmodel met constant groeivoet:
g =constante groeivoet
Gordon-Shapiro model
Dt = D0 (1 + g)t
P0
P0 (indien k > g)
Of k
Indien d = dividendquote
Met D = dividend per aandeel
W = winst per aandeel
r = rendabiliteit van de geherinvesteerde winst
g = (1 – d) r
P0
k