Productieplanning
- Gepubliceerd in Boekhouden
- Lees 897 keer
*Functie: waarborgen dat materiaal, machines en mensen aanwezig zijn op het juiste moment, in de juiste hoeveelheden en op de juiste plaats.
*Methodes:
- PUSH systemen (MRP):
- MRP = Material Requirements Planning
- Doel: Tijdig verschaffen van correcte informatie zodat de verschillende materialen in de juiste en optimale hoeveelheden en op juist tijdstip aanwezig zijn in productieproces
- Verschillende stappen:
- Product opsplitsen in samenstellende delen; opeenvolgende bewerkingen bepalen
- Voor elk deel materiaalbehoefte bepalen en moment van beschikbaarheid
- Behoeften exploderen naar onderliggend niveau in productiestructuur (Bruto = Netto)
- Nettobehoefte = signaal bijkomend order moet worden gelanceerd
- Geplande orders zetten nettobehoefte om
- Vrij eenvoudig & logisch
- Zorgt voor horizontale & verticale integratie van lanceringsbeslissingen
- Rekenwerk = computerondersteund
- Beoordeling planner = aan computer meedelen (niet volledig automatisch)
- MRP = Material Requirements Planning
- PULL systemen (JIT en Kanban):
- Materiaalstroom gepland op basis van feit dat werkcentrum of leverancier slechts mag beginnen produceren/toeleveren wanneer het een signaal ontvangt dat er behoefte bestaat aan materiaal in verbruikende werkpost
- Geen centraal planningsysteem = ketting
- Just In Time:
- Bekommernis = tijdig leveren
- Kanban:
- Dubbel stel kaarten als signalen
- Eerste stel controleert beweging van materialen producerende = verbruikende werkpost
- Tweede stel controleert productie van materialen in producerende werkpost.
- Controleert op harmonieuze manier de productiehoeveelheden in elke fase van het proces
- Administratief erg eenvoudig
- Onderbreking = zware gevolgen volgende werkposten
- Theory of Constraints (OPT):
- Optimized Production Theory)
- Geheel van regels en aanbevelingen om de performantie van een bedrijf te verbeteren
- DOORVOER = snelheid waarmee productie via de verkoop geldmiddelen genereert
- KNELPUNT = overbelaste productiemiddelen
- Principes:
- Balanceer goederenstroom, niet capaciteit
- Belast een niet-knelpunt enkel in functie van een knelpunt
- Versnellen van een order dat verder opgehouden wordt in een knelpunt levert niets op
- Een uur verloren in een knelpunt is een uur verloren in totale fabriek
- Een uur gewonnen in een niet-knelpunt is zinsbegoocheling
- Doorvoer en voorraden worden bepaald door de knelpunten
- Proceslotgrootte en transfertlotgrootte moeten niet noodzakelijk gelijk zijn