Menu

Hoofdstuk 1: Financiële analyse: inleiding (p1)

Toegevoegde waarde ontstaat als het verschil tussen:

Waarde van de geproduceerde en verkochte goederen en diensten

- waarde van de aangekochte en verbruikte goederen en diensten

= waarde van de productie – intermediair verbruik

Een onderneming is een organisatie waar productiefactoren samen een toegevoegde waarde voortbrengen, waaruit elk van deze factoren ook verder wordt vergoed.

Een onderneming is een organisatie waar productiefactoren aangekochte goederen en diensten (input) die een afzet vinden tegen een door de markt aanvaarde prijs.

Elke belanghebbende tracht nut te maximaliseren => belangenconflicten

  • algemene rechtsbepalingen
  • contracten

(onderneming als kruispunt van contractuele relaties) Jensen en Meckling:

Een contract waardoor een principal zich verbindt met een andere persoon, agent genoemd, opdat deze in de plaats van de principal zou handelen mits het delegeren van een bepaalde beslissingsbevoegdheid. De principal verwacht van de agent dat deze ook inderdaad in het belang van de principal zou handelen.

Doel financiële analyse: financiële toestand van een onderneming doorlichten op de grond van historische gegevens. Hieruit worden dan prognoses afgeleid, zodat ook in de mogelijke toekomstige evolutie van de onderneming een inzicht wordt verkregen.

Een onderneming is succesvol als ze erin slaagt haar contractuele relaties met alle belanghebbenden op continue wijze te honoreren.

Een gezonde onderneming is een onderneming die continu in staat is haar doelstellingen op lange termijn te realiseren.

  • Doelstellingen (triple bottom line)

– economisch

– sociaal

– ecologisch

Figuur 1.3 De ondernemingsijsberg

Rendabiliteit: vergelijking van opbrengsten en kosten, ontstaan ten gevolge van de werking van de onderneming in een bepaalde periode.

Winst = opbrengsten – kosten

Liquiditeit: vergelijking van kasinkomsten en kasuitgaven.

Liquiditeitstekort: indien inkomsten onvoldoende zijn om uitgaven te dragen en geen bijkomende financiering kan gevonden worden

Cashflow na belastingen: verschil tussen enerzijds de kasopbrengsten die contant of op korte termijn worden geïncasseerd en anderzijds de kaskosten en belastingen die contant of op korte termijn worden betaald.

Solvabiliteit – rendabiliteit = financiële hefboom: in de mate dat geïnvesteerde middelen meer renderen dan de kost van de aangetrokken schuldfinanciering, komt dit overschot toe aan het aandelenkapitaal en wordt de rendabiliteit ervan daardoor naar omhoog gedreven. Kan ook in negatieve richting doorwerken.

Solvabiliteit - liquiditeit: naarmate een onderneming haar investeringen minder met eigen middelen en meer met schulden financiert, worden de verplichtingen tot interestbetaling en schuldaflossing groter. De mate waarin er voldoende kasmiddelen zijn om deze financiële verplichtingen te dekken, neemt af en het risico van niet-betaling of illiquiditeit neemt toe.

Doelstellingen:

1) Beleggers in aandelen: vooral geïnteresseerd in de dividenden die hij ontvangt en de kapitaalwinst die hij bij een stijgende aandelenprijs kan realiseren.

  • Dividenduitkering afhankelijk van solvabiliteit, rentabiliteit, liquiditeit
  • Winst bepaald door rendabiliteit en financiële hefboomwerking (ook basis voor reservering)
  • Zeer uitgebreide financiële informatiebehoeften

2) Schuldeisers: vooral geïnteresseerd in de vraag of de onderneming in staat zal zijn de interesten te betalen en de lening af te lossen.

  • liquiditeit (afhankelijk van rendabiliteit en schuldstructuur) en liquiditeitsevolutie

3) Werknemers: economische leefbaarheid

  • aanvaardbare rendabiliteit en voldoende liquiditeit
  • van belang omtrent onderhandelingen lonen en werkvoorwaarden

4) Overheid en rechtbanken:

  • Overheid: economische leefbaarheid
    • creatie van toegevoegde waarde en werkgelegenheid
    • Handelsrechtbanken: potentieel falende ondernemingen opsporen

5) Bedrijfsleiding: intern controlesysteem

  • financiële situatie van de onderneming opvolgen
  • probleemgebieden ontdekken
  • corrigerende actie ondernemen
  • nemen van beslissingen
  • kan ook toegepast worden bij beoordeling van klanten, leveranciers,…

Analysetechnieken:

1) Horizontale of tijdsanalyse: gegevens van opeenvolgende balansen en resultatenrekeningen onderling vergelijken. Tijdindexen worden berekend om de evolutie in de tijd te bestuderen.

2) Verticale of structuuranalyse: de diverse posten op de balans en resultatenrekening worden procentueel uitgedrukt en zo wordt de structuur van activa, passiva en resultaten geanalyseerd.

3) Vermogensstromen- en kasstromenanalyse: nagaan uit welke bronnen de onderneming vermogen aantrekt en waarvoor dit vermogen wordt aangewend. Tabel laat toe de financierings- en investeringspolitiek van de onderneming vast te stellen en is een belangrijk instrument voor de beoordeling ervan.

4) Ratioanalyse: Een ratio is een verhoudingsgetal tussen twee of meer gegevens van de balans en/of de resultatenrekening die met elkaar in relatie staan. Ratio’s laten toe de financiële situatie beter te begrijpen dan uit de analyse van de basisgegevens van de balans en resultatenrekening alleen zou volgen.

5) Modellen voor succes en faling: nieuwe methoden gebaseerd op discriminantenanalyse tussen falende en lopende ondernemingen. Dit leidt tot een geheel van ratio’s die statistisch zijn geselecteerd op basis van hun discriminerend vermogen tussen de jaarrekeningen van falende en lopende ondernemingen. De discriminantscore die uit een dergelijke analyse voortvloeit, is een gewogen gemiddelde van diverse ratio’s en synthetiseert in één globaal cijfer de financiële situatie van de onderneming.

Lees meer...

Bedrijfsplanning

*Redenen voor schrijven bedrijfsplan:

  • Afstand nemen van operationele gebeuren
  • Nadenken over toekomst en manier om er te geraken
  • Financiering bekomen = hoeveel geld is er nodig
  • Haalbaarheidsanalyse = inzicht in omvang en haalbaarheid project
  • Communiceren = onderhandelingen leveranciers, klanten, nieuwe medewerkers

*Inhoud bedrijfsplan:

  • Opgebouwd rond 4 hoofdthema’s:
    • Activiteit (welke producten/diensten, hoe naar markt brengen)
    • Markt (welke klanten)
    • Mensen (wie werkt er in en staat er achter het bedrijf)
    • Geld (hoeveel, aanbesteding, wat brengt het op)
  • Vragen ivm:
    • Businessconcept:
      • Aangeboden producten & diensten
      • Markt
      • Manier waarop men markt wil bereiken
      • Externe analyse:
        • Markt- en omgevingsanalyse
      • Interne analyse:
        • Management
        • Personeelsorganisatie
        • Productieproces
        • Marketingplan
        • Relevante zwaktes en sterktes
      • Strategie:
        • Missie en doelstellingen

Lees meer...

Opportuniteiten

*Liggen aan basis ondernemerschapsproces

*Is verankerd in product dat waarde creëert voor de klant

*Zijn gevolg van imperfecties van markt = ondernemer moet deze herkennen en er voordeel uit halen

*Bronnen van opportuniteiten:

  • Technology-push:
    • Vanuit opgebouwde expertise, kennis & technologie = product ontwikkeld waarvan verwacht wordt dat het winstgevend zal zijn
    • Spin-offs
  • Market-pull:
    • Ontdek een gat in de markt en tracht daar een oplossing voor te vinden
    • Niet voldane behoefte = katalysator voor dit soort ideeën
    • Makkelijker om nieuwe onderneming te starten vanuit dit idee
  • Doe-het-beter:
    • Streven naar beter doen dan een ander

*Evaluatie opportuniteiten:

  • Grootte & continuïteitsmogelijkheid van opportuniteit (omzet, return, duur)
  • Wat is onze markt en hoe kunnen we die bereiken? (kostprijs, risico’s)
  • Past de opportuniteit bij interesses en waarden van ondernemer?
Lees meer...

Onderscheid manager – ondernemer

*Ondernemers moeten over managementvaardigheden beschikken

*Managers zijn niet altijd ondernemend

*Verschillen in besluitvormingsprocessen:

Ondernemer

Manager

Strategische oriëntatie

*Gedreven door opportuniteiten

*Gedreven door kortstondigheid bestaande opportuniteiten

*gedreven door planning en strategie

Betrokkenheid t.a.v. de opportuniteit

*handelt op KT

*snelle besluitvorming, wendbaarheid, flexibiliteit

*rekening houden met beperkt aantal elementen

*tragere besluitvorming

*betrokkenheid in bepaalde richting is veel groter

Inzet van middelen

*lagere betrokkenheid

*tijdelijk beschikbare middelen

*zoekt naar wendbaarheid en flexibiliteit

*grotere betrokkenheid

*zoekt middelen die langer beschikbaar zijn en waartegen-over engagementen ook groter

Controle van middelen

*streeft naar weinig controle over weinig middelen

*reduceert op die wijze risico en verhoogt flexibiliteit

*streeft naar veel controle over veel middelen

*verhoogt op die wijze status en macht

Structuren

*vlak

*weinig hiërarchisch

*zelf management

*hiërarchisch

*autoritair

*zeer gestructureerd

Lees meer...

Ontwikkeling & groei

*Groei = typische eigenschap voor ondernemende bedrijven (belangrijker dan ondernemingsgrootte)

*Groei zowel kwantitatief als kwalitatief

*Portfolio entrepreneurs = bezitten/controleren meer dan één business:

  • Opstart bedrijf als onderdeel globaal groeiproces
  • Individueel bedrijf in cluster kan niet groeien, maar cluster zelf kan dat wel

*Groei = verschillende fasen = Chandler = bepaalde sleutelstrategieën (structure follows strategy)

  • Volume-expansie
  • Geografische expansie
  • Verticale integratie
  • Productdiversificatie
Lees meer...

Ondernemerseigenschappen

  • Drang naar zelfstandigheid (a strong locus of control)
  • Geobsedeerd door kansen:
    • Zeer kieskeurig, weet gouden kansen te onderscheiden
    • Juiste idee komt tegemoet aan echte behoefte in markt
  • Gepassioneerd voor een doel:
    • Zelfzeker, vastberaden en betrokken
    • Gedisciplineerd, doorzettingsvermogen
    • Nooit doelloos/roekeloos
  • Leven op pro-actieve manier:
    • Gedrag is functie van beslissingen en niet van omstandigheden
    • Nemen initiatief en verantwoordelijkheid om dingen te laten gebeuren
  • Zijn vertrouwenswaardig en geloofwaardig:
    • Voortbestaan hangt af van percepties van stakeholders en relaties in toekomst
  • Kunnen leiding geven en hebben vermogen om te inspireren:
    • Invloed uitoefenen zonder formele macht
    • Bemiddelaar
    • Integriteit cruciaal
  • Hisrich & Peeters = gebrekkige onderneminsprofielen
Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen