Kosten op lange termijn
Hoeveeheid kapitaal : variabel
q = f(qA,qK)
Daar waar op KT het kostenverloop beïnvloed wordt door de tendens tot variabele meeropbrengsten vanwege de aanwezigheid van vaste factoren, zijn op LT de schaalopbrengsten doorslaggevend.
Grafieken schaalopbrengsten: zie boek p 202!!!
q’ = f(λqA, λqK)
Indien q’ > λq dan toenemende schaalopbrengsten => GK dalen
Indien q’ = λq dan constante schaalopbrengsten => GK blijven gelijk
Indien q’ < λq dan afnemende schaalopbrengsten => GK stijgen
- Volgorde in de praktijk
Constante schaalopbrensten: impliceren dat bij een proportionele uitbreiding van alle productiefactoren de productie evenredig toeneemt. De totale productiekosten evolueren in dat geval evenredig met het productievolume. De GK zijn dan constant en gelijk aan de MK.
Toenemende schaalopbrengsten: hierbij evolueren de productiekosten minder evenredig met de productie. De GK dalen en de grenskosten zijn dus kleiner dan de GK.
Afnemende schaalopbrengsten: deze worden weerspiegeld in productiekosten die meer dan evenredig met de productie toenemen zodat de GK stijgen. De MK zijn derhalve altijd groter dan de GK.
Schaalopbrengsten bepalen verloop LGK (lange termijn gemiddelde kosten):
– Constante schaalopbrengsten:
LGK = cte
– Toenemende schaalopbrengsten:
LGK vertoont een dalend verloop
– Afnemende schaalopbrengsten:
LGK vertoont een stijgend verloop
Eerst TS => grafiek daalt
Dan CS => grafiek blijft gelijk
Dan AS => grafiek stijgt
In de praktijk veelal het volgende verloop:
- Aanvankelijk toenemende schaalopbrengsten
(vgl. arbeidsverdeling en specialisatie)
- Later constante schaalopbrengsten
(onderneming bereikt optimale schaal)
- Tenslotte afnemende schaalopbrengsten
(vgl. coördinatie en controleproblemen)
Het verloop van de LTK is analoog met het patroon van de variabele kosten op KT.
De LTK-curve gaat door de oorsprong doordat er geen vaste kosten zijn.
De gemiddelde kosten op LT en de marginale kosten op LT hebben het overeenstemmende U-vormig verloop.
+ zie figuur boek p 203!!!