Teams
- Gepubliceerd in Economie
- Lees 1183 keer
Over het algemeen is het werken in teams efficiënter, de leden kunnen van elkaar leren, het bevordert de creativiteit en er kan gelijktijdig aan iets gewerkt worden in plaats van om de beurt.
Een team is een onderling afhankelijke groep mensen die samen werken aan een gemeenschappelijk doel en die verantwoordelijkheid delen over de specifieke uitkomsten voor hun organisatie.
Er zijn veel verschillende soorten teams:
- Virtuele teams: de leden werken samen aan een doel door het gebruik van technologie omdat ze vaak wijdverspreid zijn.
- Kwaliteitscirkels: een groep werknemers die regelmatig bij elkaar komen om problemen op de werkvloer te identificeren en te bespreken. Ook proberen ze met ideeën te komen over het verhogen van de productiviteit, of de kwaliteit van de productie.
- Productieteam: een groep eerstelijns werknemers die tasbare output produceren (fabrieksmedewerkers).
- Autonome werkgroepen: groepen die zelf de controle hebben over functies zoals de planning, het opstellen van prioriteiten en inspraak bij het aannemen van nieuwe teamleden.
- Projectteam: een groep die opgericht is om een bepaald probleem op te lossen. Zodra dit gebeurd is, wordt de groep weer opgeheven. Dit werkt vaak heel effectief voor het oplossen van problemen, wel is er soms sprake van rolverwarring omdat leden ook nog lid zijn van andere werkgroepen.
Het input-proces-output model van team effectiviteit legt verbanden tussen input, processen en output van teams. Op deze manier probeert het model te ontdekken hoe teams werken en hoe ze maximaal kunnen presteren. Er zijn verschillende vormen van input: Samenstelling van het team en de kenmerken van de teamleden. Hun vaardigheden, kennis, persoonlijkheid en ervaringen. Voor teams is het handig een gedeeld mentaal model te hebben, dit is een gestructureerde manier voor teamleden om te denken over hoe het team zal werken.
De Organisationele context is belangrijk voor de prestatie van een team. Onder Organisationele context verstaan we dingen als beloningssysteem, technologie die beschikbaar is en steun van leidinggevenden. Op korte termijn heeft diversiteit negatieve gevolgen, op lange termijn worden deze positief.
Cohesie is de mate waarin teamleden zich verbonden voelen met de groep, e mate waarin ze bij de groep willen blijven en hoe gebonden ze zich voelen aan de doelen van het team.
Groupthink is een manier van denken die voorkomt bij mensen die sterk betrokken zijn bij een cohesieve groep en de behoefte aan overeenstemming van de groep sterker is dan de motivatie om werkelijk alternatieven te overwegen.
Groepspolarisatie houdt in dat groepen de neiging hebben extremere beslissingen te nemen dan individuen.
Social loafing is verminderde motivatie en prestatie van een aantal teamleden. Dit komt omdat de individuele verantwoordelijkheid kleiner is en er minder kans is om individuele prestatie te beoordelen.
De teamrol theorie van Belbin stelt dat effectieve teams een combinatie zijn van individuen die in negen teamrollen kunnen werken. Een individu kan meerdere rollen vervullen, dus een groep kan minder dan 9 leden hebben. Teams met een goede balans tussen de verschillende rollen presteren beter dan teams waarin bepaalde rollen oververtegenwoordigd zijn. Teams gaan door vijf fases heen: oriëntatie, conflict, structuur, werken en opheffing. Niet alle teams doorlopen alle fases en ze doorlopen ze niet allemaal in dezelfde volgorde.
Bij cross-training roteren de leden van een team over verschillende posities binnen het team om zo iets te leren over alle verschillende taken van de teamleden en om een overzicht te krijgen. Dit is ook de manier om een gedeeld mentaal model te ontwikkelen.