Exploration: Wat wil je gaan doen. G.I.A.W. = Getting Into the Adult World
In identity fase
Intimacy fase:Nadat je weet wat je zoekt (identity fase), dit proberen relatelen met anderen.
Networking: Je laten opmerken door zelf mensen te kennen en te leren kennen.
Professionele relatei (zelf niet voor gekozen) ó Privé-relatie: Het is vaak een gebrek als je dit verschil niet kan hanteren: enkel omgaan met mensen die je graag hebt beperkt je loopbaan.
S.D.= Settle Down: in een bepaalde expertise (niet in een bepaald bedrijf)
Generativity:is breed, voor iedereen verschillend = het gevoel deel uit te maken van een bepaalde generatie: ‘Hebben het voor een stuk gemaakt’
Mentors: als je in deze fase komt zie je mentors verdwijnen: Je wordt je er van bewust dat de vorige generatie is weggevallen en voelt de adem van de volgende generatie in je nek.
Growth: sommigen hebben hier geen last van en groeien gewoon door.
Maintenance: anderen vallen wat stil.
Stagnation: Nog anderen krijgen een crisis.
Verschil tussen droom en daad: de tijd wordt de kort om de droom nog te realiseren: droom bijstellen of droom toch nog najagen, dit leidt tot overacting en heeft een omgekeerd effect
B.O.O.M. = Becoming Ones Old Man: Geeft heel wat mensen het gevoel er alleen voor te staan, op eigen benen te moeten staan.
Peter principle:als we niet opletten in een organisatie wordt iedereen gepromoveerd tot op het niveau van hun incompetentie (kunnen de job niet aan).
Integrity: Einde van de loopbaan. Mensen hebben niet veel te verliezen en krijgen een grotere integriteit. Deze is er vaak niet meer door brugpensioenen.