De Verlichting: ontstaan en betekenis
- Gepubliceerd in Geschiedenis
- Lees 2440 keer
A. Inleiding
Burgerlijke mentaliteit:
- pragmatisme, scepticisme, rationalisme, l'homme cultivé
- sentimentalisme, subjectivisme (preromantiek): reeds in Renaissance, radicaler in 18e eeuw, wordt het uitgangspunt, doordat burgerij nieuwe dominante stand wordt
Ontstaan en betekenis Verlichting
Theoretisch-filosofische stroming (geen strikte literatuurstroming, beïnvloedt wel latere schrijvers)
Intellectuelen maken wel gebruik van literatuur om ideeën Verlichting kenbaar te maken aan het publiek.
Het zijn radicale ideeën, onder impuls van nieuwe ideeën uit de 18e eeuw:
- democratische ideeën, tegen absolutisme (vrijheid, gelijkheid, broederlijkheid)
- rationalisme
- scepticisme: twijfelen aan absolute waarheden
- radicale verdraagzaamheid (godsdienstig en metafysisch pluralisme)
- pragmatisme: concrete alledaagse leven
Rol schrijver-intellectueel verandert: Classicisme: hoveling; ideaalbeeld nu: kritische, pragmatische burger (cf. Renaissance) → l'homme cultivé vs. le gentilhomme
Ontstaan
- Engelse burgerij: vernieuwingsbeweging: verspreid zich over Europa
- Franse Verlichting: zeer combattief (tegen macht koning en Kerk); Diderot en D'Alembert, Voltaire, Rousseau
- Duitse Verlichting: saai en nuchter, onder invloed van Engelse (eerste fase: Engels empirisme) en Franse voorbeelden (onder Frederik de Grote), wordt opgedrongen door heersers
Intellectuele pijlers van de Verlichting
- Filosofie: taakuitbreiding: naast theorie ook Praktische Rede, Gezond Verstand (vanuit ethiek bv.)
- Rationele verklaring voor alledaagse dingen, logica van het alledaagse leven
- Descartes (voorloper): Discours de la méthode (1637): geeft raad hoe men zijn leven moet organiseren
Filosofie wordt belangrijk in 18e-eeuwse maatschappij:
- Filosofie wordt basisdiscipline in universiteiten (eind 18e - 19e eeuw)
- Filosofie verovert de salons (Diderot)
- Filosofische publicaties verdubbelen (theologie neemt af)
- Religie: traditionele theïsme verliest aan invloed, pogingen om religieuze denken een rationeel fundament te geven => nieuwe ideeën (vooral bij vrijmetselaars)
- Ontstaan deïsme (merendeel bevolking)
- Schepper verantwoordelijk voor ontstaan kosmische orde, grijpt niet persoonlijk in in zijn schepping
- Mens is verantwoordelijk voor eigen daden
- Belangrijke component vrijmetselarij
- Freethinkers: wijzen elke vorm van religiositeit af (kleine groepen)
- Ethiek: tendens tot filosofische, rationele fundering; Hume: ethiek is beoordelen menselijk gedrag door mensen.
- Encyclopedieën en andere filosofische geschriften (verspreiding vanuit Engeland, encyclopedie: centrale dingen)
- Diderot en D'Alembert: L'encyclopédie (1751-1771, 33 dln.): over alles wat geleerden belangrijk vonden: wetenschap, ambacht, …
- D'Alembert: wiskunde en natuurkunde
- Diderot: literatuur en filosofie
- Bijdragen van andere Verlichtingsdenkers: Voltaire, Rousseau, Montesquieu
- Psychologieën: commentaar over alledaagse dingen, beschrijvingen (vb. beroepen)
- Voltaire
- Afkomstig uit provincie, kwam naar Parijs, reputatie van berucht en gevreesd satiricus, verdedigde onvoorwaardelijke tolerantie
- Ondervond onverdraagzaamheid (werd tot de orde geroepen en verbannen => leert Engelse verlichtingsdenken kennen)
- Trekt zich terug in slot van Cirey (leefde in concubinaat met markiezin)
- Drie jaar lange verblijf aan hof Frederik de Grote
- Ideeën Voltaire: metafysisch vlak: deïsme; politiek vlak: vrijheid, gelijkheid, broederlijkheid
B. Vertegenwoordigers van het Verlichtingsdenken
Conventionele literatuurvormen om verlichtingsdenken te verspreiden: brief, essay, journalistieke artikels, conte philosophique (Voltaire, uitgangspunt is een filosofisch probleem)
Enorme opgang romangenre (belangrijk: bestudeert alledaagse leven)
Filosofisch geïnspireerde literatuur
- G. Lessing: toneelstuk Nathan der Weise
- Pleit voor religieuze tolerantie (jood wordt vervolgd vanwege geloofsovertuiging, maar blijft zelf verdraagzaam)
- Prioritair is het goede handelen, wat los staat van geloof en ras, mensen die elkaars religie niet aanvaarden kunnen toch een nauwe band hebben
- D. Diderot: vecht voor autonome individu: mens en autoriteit gaan niet samen
- Antiklerikale roman La Religieuse, dialoog- en briefroman Le neveu de Rameau en dialoogroman Jacques le fataliste et son maitre
- Bewonderde Engelse burgerlijke literatuur (Richardson)
- Voltaire: contes philosophiques: strijd tegen godsdienstig fanatisme en politiek absolutisme
- Micromégas (1752): buitenaards wezen bekritiseert Westerse wereld
- Candide ou l'optimisme (1759): satire op filosofisch optimisme van Leibniz, pleidooi voor burgerlijk pragmatisme (men moet zich bv. bezighouden met tuinbewerken)
- A. Pope: geeft uitdrukking aan verlichtingsmentaliteit
Burgerlijke zedenroman in Engeland
- D. Defoe: Robinson Crusoe (1719)
- Lofzang op burgerlijke deugden
- Exotisch kader sluit aan bij koloniale expansie van Engeland ('bewerken en beschaven')
- Religie: bekering: men moet verantwoordelijkheden opnemen
Moll Flanders (1722): geromanceerde biografie, reeks van losstaande, vaak realistische taferelen, vorm is verwant aan schelmenroman (Moll is een picaro die tot inkeer komt)
- J. Swift: Ier, tegen uitbuiting armen, misantroop, hekelt vooruitgangsoptimisme, toont aan dat menselijke ambitie tot onmenselijke machtsstrijd leidt.
- Gulliver's Travels (1726): ridiculiseert nieuwe burgerlijke klasse, groteske overdrijvingen:
- Verkleining menselijke zwakheden en ijdelheden: eiland Lilliput (hoge en lage hakken = Tories - burgers)
- Vergroting ervan: eiland Brobdingnag (vliegende stad Laputa: geleerden en filosofen doen er de gekste dingen vb. zonlicht uit komkommer halen)
- Verdierlijking: paarden op Houyhnhnm (Yahoo: slechte mensen)
- Confrontatie van problematische held met problematische samenleving. Hierdoor is Swift een voorloper van het 19e-eeuwse realisme.
- H. Fielding: eerste die erin slaagt de menselijke komedie (parodie op het lichaam) in de vorm van een verhaal te gieten.
- The History of Tom Jones, a Foundling (1749): vondeling ontpopt van onstuimige jeugd tot voorbeeldige echtgenoot, symbool van aanvaardbare middelmaat.
- Joseph Andrews (1741): parodie op Richardson's Pamela, Fielding's satirische toon wijkt af van die van Richardson.
- Gulliver's Travels (1726): ridiculiseert nieuwe burgerlijke klasse, groteske overdrijvingen:
Sentimentele zedenroman
Ook hier zeden burgerij centraal, manier waarop verhaal intersubjectieve relaties en psychologie naar voor brengt verschilt. Anticipatie op realisme uit 19e eeuw.
- S. Richardson: Pamela or Virtue rewarded (1740-41): keukenmeidroman, deugd overwint en Pamela wordt beloond. Prototype voor wensdroomliteratuur. Clarissa Harlowe (1747-48): briefroman gebaseerd op zelfde intrige.
- Richardson stelt privé-sfeer, huiselijk kader centraal. Hoofdpersonages zijn concrete burgers .
- Aandacht voor morele problemen: komt vaak neer op bevestiging puriteinse zedelijkheidsidealen.
- Toegenomen belang emotionele in romanliteratuur.
- L. Sterne: The life and opinions of tristram shandy, Gentlemen. (1760-67): voor hoger geschoolden, stelt publiek op proef, levensverhaal, niet volgens chronologisch schema, plotloze roman, collage, experimenteel, grappig
- A.-F. Prevost: sterk beïnvloed door didactische roman van F. de Fenelon, Telemaque; Manon Lescaut (1761): vermenging moralisme en emotionaliteit, zoals Richardson.
Europees verschijnsel met zwaartepunt in Engeland.