Conclusie
- Gepubliceerd in Geschiedenis
- Reageer als eerste!
Westerlingen nemen het initiatief over in de contacten met het veel verder ontwikkelde Oosten, reeds voor de kruistochten.
Westerlingen nemen het initiatief over in de contacten met het veel verder ontwikkelde Oosten, reeds voor de kruistochten.
= andere vorm van diezelfde expansiebeweging
IX – X
- Italiaanse handelaars uit Amalfi profiteren van contacten met moslimlanden
- Onttrekken zich van Byzantium’s gezag en handelen op eigen initiatief met het Fatimidenrijk in Egypte.
Venetië
= groeikern voor handelsbetrekkingen tussen Italië en de oostelijke Middellandse
- Erkende wel nog de Byzantijnse suprematie
- in ruil voor maritieme steun tegen de Normandiërs verkrijgen ze vanaf 1082 exclusieve privileges van vrijhandel zonder enige tolheffing in heel Byzantium.
Pisa en Genua
- succesvolle vlootactie in 1088 tegen kapers in Tunesië, die achteraf gezegend werd door de Paus
- typeert de toenemende agressieve houding van de katholieke kerk tegen moslims.
→ Deel van groeiende West-Europese bevolking trok oostwaarts in schaars bevolkte Duitse Rijken verder in Slavisch gebied
→ was in feite pure in bezit name van land en werd halverwege de 13e eeuw voorgesteld als kruistocht tegen heidense Slaven.
→ In het begin van de 11e eeuw trokken Normandische ridders naar Zuid-Italië.
→ Vanaf 1029 verwerven ze er hun eerste steunpunten.
→ Robert Guiscard enerzijds versloeg in 1053 Paus Leo IX. Zes jaar later liet hij zich door hem als hertog van Apulië en Calabrië erkennen, in ruil voor steun tegen Keizer Hendrik IV.
→ Zijn broer Roger anderzijds veroverde tussen 1061 en 1091 Sicilië op de Moslims. De paus zegende deze oorlog en benoemde Roger zelfs tot zijn legaat => Vormt een belangrijk precedent voor de kruistochten later.
→ Vanaf 1130 is er in heel Zuid-Italië en Sicilië een sterk Normandisch koninkrijk, gebaseerd op Byzantijnse en Arabische instellingen.
→ In ruil voor het betalen van rente en de erkenning van de Paus als leenheer kon Roger II van Sicilië ongestoord zijn gang gaan. Voor Rome was hij van strategische belang tegen de Moslims, Byzantium en de Duitse keizers.
→ Halverwege de 10e eeuw is er stabilisatie in het Westen, door het einde van invallen van Saracenen, Vikingen en Maygaren.
→ Landbouwproductie en bevolking groeien gestaag è na enkele generaties komen samenlevingsverbanden onder druk te staan
→ In West-Europa gaat men vanaf de 11e eeuw op zoek naar nieuwe vestigingsgebieden
Nieuwe artistieke vorm
ontstaat in het bekken van Parijs in de 12e, 13e eeuw; er worden kathedralen gebouwd volgens een totaal nieuw concept (Suger!)
- veel grotere ramen worden uitgespaard (voorheen donkere muren)
- steunberen en luchtbogen voor de stabiliteit
- spitse gewelfconstructie
- opwaartse stuwing, de hoogte in, naar God
- vbn. Sens (1133), Noyon (1151), Laon (1160)...
Invloed
invloed in aangrenzende landen, die ieder eigen variant vonden binnen basisconcept:
- Engelse gotiek hield gewelf vlakker en lager en tekende er meer lijnen in
- in de kuststreken van de Lage Landen en in het Oostzeegebied paste men de stijl aan het gebruik van baksteen aan
- zeldzaam in Italië, overdadig versierd, breder en minder hoog dan Frans model
- van Trondheim in Noorwegen tot Sicilië; overheersende bouwstijl
Hoe kon dit concept zich zo snel en algemeen verspreiden?
- het onderwijs in kathedralen sloot steeds nauwer aan bij Arabische kennis van wiskunde en geometrie >> kennis omtrent gewichtsverdeling, belangrijk bij ontwerp
- prestige kathedralenbouw; tussen verschillende steden begon een wedijver om het meest gedurfde en fraaiste project
- in de praktijk; verspreiding door de mobiliteit van de bouwmeesters (loges = extra westelijke vleugel ter ere van de Koning)
Zuiver middeleeuws product:
- oorspronkelijke functie: goddelijk eredienst zo glorierijk inrichten
- mettertijd andere functies: prestige van monarchie en burgers
→ zelfde stijl toegepast op paleizen en zuiver burgerlijke gebouwen als raadshuizen, koophallen en privé-huizen
→ invloed op de romantiek in 19e eeuw; romantici droomden van een overheersende plaats van de Kerk en een corporatieve standenmaatschappij