Menu

Een bovenbouwstaat

  • Vooraf

Geleerden aan het hof

(belangrijkste: Alcuïn)

- Karel zijn paleisschool opzetten

- Intellectueel peil enkele grote abdijen opvijzelen

- Nieuwe keizerlijke ideologie: Romeins model + oudtestamentische priester – koning David:

* Christelijke keizer, Gods uitverkoren beschermer van het geloof

* Liet toe zich uit te spreken over kerkelijke zaken en politiek optreden te plaatsen in teken van Christus

800

- 800: keizerkroning Karel de Grote: herhaling van gebeurtenissen 751, maar op hogere trap è Bescherming in ruil voor keizertitel

- Relatie paus – keizer was delicaat. Vraag wiens gezag het hoogste was

Propaganda Karolingers

meer en interessantere cultuurgoederen dan in de eeuwen daarvoor en daarna:

- rijksannalen (optekening belangrijkste gebeurtenissen per jaar)

- biografie van Karel (door Einhard)

- Paltskapel van Aken: Aken vanaf 794 belangrijkste residentie en symbolische hoofdstad

- Karolingische minuskel ontwikkeld

- Impuls studie klassieke Latijn, paleisschool: antieke teksten gekopieerd en bestudeerd

Paleis van de Koning

hofhouding, enkele ambtsdragers, trokken voortdurend rond:

- koning tijdens de voor oorlog geschikte maanden voortdurend op krijgstocht

- aanwezigheid van koning op diverse plaatsen in rijk noodzakelijk om gezag werkelijk te doen gelden

- puur materieel: opbrengsten verbruiken (verkeersarme domeineconomie: eenvoudiger om consumentengroep te verplaatsen dan oogstopbrengst te centraliseren)

Eed van trouw

= traditioneel machtsmiddel

- alle vrije mannelijke onderdanen vanaf 12 jaar

- typisch voor kleinschalige samenlevingen met beperkte schriftcultuur: banden van trouw zijn direct, persoonlijk en ongeschreven

- eden afgelegd met de hand op heilige voorwerpen: schending lokt goddelijke sanctie uit

- uitgestrekt rijk: koning vertegenwoordigd door territoriale ambtsdragers

* Aanzet tot staatsinstellingen, onderscheiden van de persoon van de koning: kanselarij, bestuurlijke maatregelen en wetgeving, algemenen vergadering en paleisschool.

* Merovingische koningen: schrijfwerk door nabij gelegen kerkelijke instellingen.

Eigen Kanselarij

- meer schrijfwerk laten verrichten zonder externe tussenkomst

- eigen archief: nauwkeurigere controle op de activiteiten

- schrijvenden nog steeds geestelijken, maar in rechtstreekse dienst van de koning/keizer

- capitularia: keizerlijke decreten, veelal schriftelijke neerslag van mondeling overeengekomen verordeningen in jaarlijkse algemene vergadering

Eigen staatsinrichtingen

Pogingen om solide staatsinrichtingen te creëren naar Romeins model ten aanzien van de territoriale indeling en de daarbij horende ambten. Wegens uitgestrektheid moest koning/keizer macht delegeren:

- oprichting koninkrijken Lombardije en Aquitanië, onder zonen van Karel;

- aanhechting en onderwerping van meer gebieden: Karel nam de titel van koning van Italië aan;

- de marken;

- van fundamenteel belang: graven (comites).

Graven

= ambtsdragers die koninklijk gezag in hun gebied moesten vertegenwoordigen, namens hem recht spreken, algemene vergadering leiden, oproepen tot oorlog en capitularia doen naleven;

- vergoeding: beschikking over deel koninklijke domeinen in betreffende gebied;

- meeste graven waren Franken, ook in etnisch anders samengestelde gebieden;

- rondreizende zendgraven: controletaken over graven of bijkomende taken.

Objectivering

= Romeinse rijk herstellen in christelijke vorm

= praktijk was echter anders:

- materiële toestanden lieten niet toe het zelfde te realiseren als in de Romeinse tijd

- Capitularia interpreteren als poging om weerbarstige werkelijkheid te veranderen, maar in feite weerspiegelen ze de werkelijkheid.

Nauwe banden met kerk

als eenheidscheppende factor:

- kerk hoogst ontwikkelde grote organisatie in West Europa, geletterd personeel

- steun van geestelijkheid voor iedere heerser onmisbaar, in technologische en ideologische zin

- bisschoppelijke heerlijkheden, gevaar voor betrokkenheid in machtsstrijd (het bekleden van geestelijke hoogwaardigheidsdragers met wereldlijk gezag is een structuurkenmerk van de middeleeuwse kerk)

Staat

- niet anachronistisch opvatten, er bestond zelfs geen woord voor zoiets abstracts als staat

- macht was persoonsgebonden, concreet en direct

- hofgeleerden: Latijnse bronnen: res publica, toch drong het niet door in de werkelijkheid van de Karolingische heerschappijstructuren

- pogingen tot openbare instellingen verzandden na enkele generaties

- staatsapparaat beperkte zich tot hof en ambtsdragers, die poogden regels op te leggen;

- bestuurlijke eenheid opleggen was onbegonnen werk:

* geldarme domeineconomie

* verwarde veelheid van volkeren, verschillende culturen en ontwikkelingsstadia

  • De fictie van het keizerschap

Verdeling bij regeling opvolging

Karel de Grote: rijk verdeeld tussen zijn 3 zonen (806), 2 overlijden voor hun vader, Lodewijk de Vrome enige erfgenaam. Gekroond door Karel zelf = blamage voor paus (813).

Lodewijk verdeelde zijn rijk onder zijn 3 zonen, maar keizerstitel beschouwd als ondeelbaar: oudste zoon Lotharius, gekroond door de paus (823), andere 2 zonen kregen koningstitels onder het gezag van de keizer = compromis tussen Frankisch gewoonterecht van bezitsverdeling en eenheid van het keizerschap. Zaken liepen anders dan gepland:

- Lodewijks 2de echtgenote bedong een erfdeel voor haar zoon Karel de Kale

- Familie intriges escaleerden

- Grote opstanden en oorlogen

=> Van het unitaire rijksidee bleef weinig over, staatsorganisatie door elkaar geschud door wisselende coalities in territoriale herverdelingen, die positie van koningen en keizer aantasten

Na dood Lodewijk

- Lotharius wil het hele imperium eden van trouw laten zweren è hevig verzet: Karel en Lodewijk verslaan Lotharius.

- 842: Karel en Lodewijk zweren eed van wederzijdse bijstand en beloofden elkaar niet afzonderlijk te onderhandelen met Lotharius. (Deze eden zijn beroemd omdat de koningen de volkstaal gebruikten)

Verdrag van Verdun

Onderhandelingen Lotharius, Karel en Lodewijk: Verdrag van Verdun (843):

- rijk verdeeld in 3 stukken: Lodewijk: alle gebieden ten oosten Rijn, Karel: gebieden ten westen Schelde, Marne, Saône en Rhône, Lotharius: Italië, centrale gebieden

- machtsmiddelen zo gelijkmatig mogelijk verdeeld

- een vazal mocht slechts in 1 van de koninkrijken beneficia houden

- Lodewijk de Duitser was de grootste overwinnaar

=> Keizertitel verloor betekenis in 12 jaren die Lotharius nog regeerde

Volgende generaties

korte regeringsperiodes; snel wisselende samenstelling territoria, aanhoudende erfdelingen. Karel de Dikke, koning Oost – Francië, wordt keizer:

- fictie Romeinse erfenis nu op gebied dat slechts in meest zuidelijke en westelijke randgebieden deel had uitgemaakt van Romeins rijk;

- minder ontwikkeld dan West – Francië;

- lange grenzen: voortzetting veroveringen en tribuutoplegging;

- grote afstanden: intern moeilijk te controleren.

  • Graven en erfelijkheid

9de eeuw

Veroveringen Karolingers liepen vast in 9de eeuw en koninklijk gezag verzwakte:

- onstuitbare centrifugale kracht vanuit uitgifte ambten, inkomsten en land in leen

- controle daarover niet te handhaven

- regionale en lokale machtsconstellaties vulden machtsvacuüm: bannum en regalia eigenmachtig uitoefenen en als erfelijk bezit beschouwen

- gebruikten zelfde technieken als koningen: leenverhoudingen verspreidden zich naar lager niveau

- formele leenverhoudingen tot koning bleven erkend, maar gedragen zich als autonome heersers

- geen heldere en exclusieve afhankelijkheidsverhoudingen: leengoederen van verschillende heren houden: loyaliteitsconflict

- enkel lokale macht reëel in vorm banale heerlijkheden

Graven

- creëerden autonomie en probeerden zich in te nestelen in hun positie: huwelijkspolitiek en relaties inheemse grootgrondbezitters: vermenging van culturen (acculturatieprobleem) en afstand tot koning

- bezit van leengoederen en rechten van leenmannen werden erfelijk.

Lees meer...

Patrimonium en staat

  • Eer en bloed

Bloedverwantschap en eer

Bloedverwantschap

- universeel en voor de hand liggend middel voor onderlinge hiërarchie

- verticale verwantschap: leeftijd en geslacht, cultureel gewaardeerd door collaterale banden

- naam: verwees naar afstamming en behoren tot een familie

- vrouwen konden erven en doorgeven aan hun kinderen

Eer

erkenning door gemeenschap van iemands gewaardeerde positie

Hoge rang

- afstamming: bepaalde beschikking land en solidariteit

- vermogen: landbezit voorwaarde uitrusten als krijger

- prestaties: dapperheid, kracht en militair succes

Competitie

Competitie om eer, vermogen en macht langs de lijnen van familiebanden

- heersersgeslacht: tendens dominante positie via erfrecht

- bepaalden ook lotgevallen onderdanen

- patrimonium en ambt deelbaar onder zonen

Conflicten

Conflicten van eer en lichamelijke integriteit:

- families, geen individuen

- compensatie door dader of evenwaardig lid familie evenredige schade toe te brengen

- gunstigste geval: geregeld met geldbedrag (door wet vastgelegd): wergeld

- escaleerde soms tot vetes:

* op verbreking van verzoening stonden zware straffen

* overheid kwam aan vetevoering niet te pas

* kerk: verzachtende omstandigheden in geval van doodslag als wraakoefening

* overheid trachtte beperkingen op te leggen voor openbare orde

  • Beneficia

Kerkelijke instellingen als grootgrondbezitters

- beheer afgelegen landerijen: beroep op plaatselijke potentaten

- weinig geschreven recht: beroep op gewoonterecht

* mondelinge getuigenis op basis van herinnering

* bewerker van een stuk land niet zonder goede reden verwijderen: duur van toewijzing, gerust van bezit

* levenslang toegekend: neiging overerving

- veel kerkelijke eigendommen langdurig in de handen van leken

- geen volle eigendom: goederen mochten niet verkocht worden aan derden + betalen van rente

- renten: beveiligen eigendom tegen aanspraken plaatselijke usurpators en familieleden van schenkers

Eenvoudige boeren

Eenvoudige boertjes schonken ook wel eens het kleine stukje land waarvan ze bezitter waren aan de kerk:

- bescherming

- vroegen het direct terug om er voor de rest van hun leven te kunnen werken

- juridisch afstand van bezitsrechten in ruil voor geclausuleerde gebruiksrechten

- clausulering varieerde sterk (tijdelijkheid sterker voor adel dan voor boeren)

= beneficia (gunsten) of precariae (smeekbeden)

Merovingische dynastie

Ook koningen konden bescherming verlenen aan personen die daar om vroegen: personen die zich opdroegen in de handen van de koning.

=> Bv: Merovingische dynastie:

- territoria als vergoeding voor uitgeoefend ambt

- geldarme economie: meest efficiënte vorm van beloning

- domeinen verbonden met ambten: dus tijdelijk

- zwakke koning: erfelijk bezit

- deze evolutie verzwakte koningschap

- beperkte verkeersmogelijkheden: land behoorde feitelijk toe aan lokale heersers

- lage agrarische opbrengsten: grondbezit geen geschikte basis voor centralisatie macht

  • Vazalliteit

Merovingers

Merovingische tijd: Vassus: lager afhankelijk hofpersoneel

Eind 8ste– 11de eeuw

Eind 8ste -11de eeuw: geen eenduidige betekenis, maar betrekking op vrije mannen in dienstrelatie tot een heer:

- vergoeding: wapenuitrusting + deel krijgsbuit

- 2 typen heren: kerken en koningen

- relatie voor beide partijen aan voorwaarden gebonden en verbreekbaar

- ceremonieel: veel getuigen, rituele handelingen

- ceremonie waarschijnlijk niet steeds toegepast bij verlenen beneficium: uiteenlopende vormen

Feodaliteit

= bijeenkomen van vazalliteit en beneficium

Definitie

= een systeem van machtsuitoefening door middel van bilaterale verhoudingen tussen heer en vazal, die beide vrije mannen waren, in staat om een contract af te sluiten

Contract

- leenheer: trouw, bescherming en verlenen van inkomsten

- leenman: trouw, verlening van dienst (raad en daad)

= heerschappijsysteem tussen juridisch gelijken (aristocraten), maar sociaal – economisch ongelijken

è Wederzijdse trouw: voortdurende geweldplegingen, dus van levensbelang voor beide partijen

Leen

- doorgaans land: materiële onderbouw dienstrelatie

- leen van ambten

- geldelijke inkomstbronnen (b.v. een tol)

- uitgekeerde geldsom (geld- of beursleen)

Niet iedere vorm van machtsuitoefening gebeurde via feodo – vazallitische model.

Eigendom van grond

- veelvoorkomende rechtstitel (allodium, hereditas of proprium)

- vrijheidsbeperkingen:

* koning: bannus (recht om te bevelen)

* kerk: tienden heffen

* verwantschapsgroep: zegje over bescherming eigendom

* boeren die er werkten: rechten laten gelden

Systematiek van landuitgifte door Karolingers

De systematiek van landuitgifte door de karolingers mag niet worden overschat.

11de – 12de eeuw

feodaliteit als systeem dat politieke verhoudingen in grote delen Europa zou structureren

Feodaliteit

waarden die fundamenteel zouden worden voor Europese cultuur:

- geweld en conflicten in stramien dat geënt is op verwantschapsbanden, maar daar toch bovenuit stijgt

- competitiviteit geordend en gericht op verwerving materiële goederen en aanzien

- regels die rechtmatigheid van oorlog enigszins onderbouwen.

Lees meer...

De eeuw van de Karolingers

Koning Pipijn de Korte had 2 zonen waaronder zijn rijk verdeeld werd: Karloman en Karel. 3 Jaar na de verdeling sterft Karloman en blijft Karel over als enige koning van de Franken.

  • Karel de Grote

Regering

- diepe sporen in de Europese geschiedenis

- geschiedschrijving aan het Karolingisch hof gaf Karel een positief imago mee

Vrijwel constante agressieve oorlogsvoering

- herhaaldelijke roep van de paus voor bescherming

- veroveringen op Byzantijns gebied rond Venetië en Istrië, conflict met Byzantijnse keizer

- reeks wrede oorlogen tegen Saksen en Friezen

- Germanië: campagnes tegen de Bavarii (Beieren)

- van Germanië verder naar Pannonië (neder - Oostenrijk), waar een versterkt grensdistrict, de Oostmark werd opgericht

- het oude Gallië: krijgstochten tegen niet geheel onderworpen perifere gebieden

- nieuwe invallen en veroveringen gebied rond Barcelona en Tarragona tot de Ebro, oprichting Spaanse Mark.

  • 3 Karolingische heersers

Succes

- geen grote technologische of organisatorische veranderingen ten grondslag

- zwaardere wapenuitrusting, invoering stijgbeugel, massale confiscaties land (groot leger) en leenstelsel: spelen een rol, maar niet doorslaggevend (ook niet bij uiteenvallen rijk in 9de 10de eeuw)

- persoonlijke factor doorslaggevend.

Confiscatie van Kerkelijk bezit

- voor beloningen krijgers

- ca. 740 modus vivendi tussen kerk en Karolingers:

* heerser kon kerk vragen om land af te staan aan een krijger (precariae verbo regis)

* rechten van de kerk erkennen door renten te betalen

* compensatie voor kerkelijke instellingen: 1/10 bepaalde kroondomeinen of andere koninklijke inkomstenbronnen (decima regalis)

* tijdelijk bezit werd feitelijk bezit en vererving

* koning en kerk konden uiteindelijk gezag niet meer laten gelden

Zwaarbewapende ruiters

- belangrijk in de grote legers van de Karolingers

- uitrusting in de 8ste 9de eeuw geperfectioneerd: zwaard, lans, stijgbeugel en maliënkolder (Frankische primeur)

- vormden tot de 14de eeuw kern van alle W. Europese legers

- landbouweconomie met laag rendement: uitrusting + onderhoud paard leggen zwaar beslag op schaarse middelen + heer had groot domein nodig

- geen ijzer aanwezig: kopen met geringe geldmiddelen of ander surplus

Vrije onderdanen

- dienstplicht

- uitgestrektheid en trage communicatie: slechts op regionale basis rekrutering

- strijd echter vooral een zaak van specialisten

  • Karels erfenis

813

Kerk speelt geen rol meer: Lodewijk de Vrome wordt gekroond door zijn vader Karel de Grote. Lodewijk was niet zo een krachtige persoonlijkheid als zijn vader en wilde gunsten voor de Kerk bekomen.

823

Keizer Lotharius (gekroond door de paus): gebied zou worden opgedeeld, maar Lotharius krijgt keizerstitel

840

Dood Lodewijk de Vrome à had 3 zonen:

- Karel de Kale

- Lodewijk de Duitser

- Lotharius >>> mislukte machtsafdwinging

842

Eden van Straatsburg tegen Lotharius = vroegste getuigenissen van de 2 taalgroepen die zich zullen ontwikkelen: Walsch (Romaans) en Duits

843

Verdrag van Verdun: verdeling Frankenrijk:

- Respecteren keizerskroon: Middenrijk omvat alle historisch belangrijke gebieden

- Dood Lotharius: Keizerskroon als speelbal: van 881 tot 1806 in Duitse handen

Neergang Karolingische rijksorganisatie

- Moeilijkheid om zo een groot rijk te besturen

- ‘vertegenwoordigers’ van de koninklijke macht zien hun streek al vlug als hun eigendom => decentralisatie

- Doodsteek = overerving van het ambt

Lees meer...

De oorsprong van de Karolingische dynastie

  • Karel Martel

Macht

Karel Martel kon niet ongestoord de macht uitoefenen

- gekonkel van hoge edelen en naburige vorsten

- invasies van Moslims vanuit Spanje, tegengehouden bij Tours door leger van Karel Martel (veldslag van Poitiers 732)

* opwerping tot onbetwist heerser Aquitanië en versterking van macht

* veel volgelingen en getrouwen

* tribuut opleggen en land confisqueren (ook op kerkelijke eigendommen)

741

ambtsgebied verdeelt onder zijn 2 zonen:

- Karloman: oostelijk deel

- Pipijn III de Korte: westelijk deel

Zoon uit een 2de huwelijk maakte ook aanspraak op de erfenis + de frustratie van edelen uit de onderworpen perifere gebieden: grootschalige geweldplegingen.

  • Pepijn III

751

Pipijn III de Korte wordt door de Paus tot koning van de Franken verheven:

- bescherming voor pauselijke territoria

- einde fictie Merovingisch koningschap en erkenning gezag Karolingers

=> Dit was een ruilrelatie: bescherming voor legitimatie

Legitimatie

De Karolingers hadden deze legitimatie nodig:

- concurrerende hertogen en graven

- ze hadden ooit beslag laten leggen op kerkelijke bezittingen

- buitenechtelijke stamvader

- dynastie gefundeerd op eliminatie erfgenamen

  • Relatie paus – Karolingers

- ruggesteun voor uitbouw meer geïnstitutionaliseerde regeringsvorm

- kerk hoeders Latijn: extra waardering voor klassieke tradities

Lees meer...

De Merovingers: vadsige koningen en hofmeiers

  • Monopolie

Monopolie op het Frankische koningschap vanaf de 5de eeuw:

- beschouwd als patrimoniaal bezit

- aanspraak voor alle mannelijke erfgenamen:

* heeft nooit geleid tot extreme territoriale fragmentatie

* maar: uiterst zelden slechts 1 koning

  • Koersverandering

Koersverandering met Chlotarius II:

- was alleenheerser, maar benoemd zijn zoon Dagobert in 623 tot onderkoning

- zijn rijk wordt opgedeeld in 2: Neustrië + Bourgondië en Austratië

Sindsdien zijn er gewoonlijk, tot de Karolingische machtsovername, 2 Frankische rijken geweest => heel belangrijke opdeling: Frans – Duitse as verschijnt voor het eerst!

  • Aristocratie

2.VII

Aristocratie: sterke invloed vanaf de 2de helft van de 7de eeuw:

Hofmeiers

- hofmeiers (maiores domus) steeds nadrukkelijker op de voorgrond;

- geslacht van de Pipiniden monopolie op hofmeierschap (begin 7de eeuw), zowel in Neustrië als in Austratië;

Karel Martel

- Bastaardzoon van Pippijn II, verkrijgt hofmeierschap door broedermoord, adellijke coalities en geweld

- Krachtige figuur: heeft moeten knokken met eigen familie om zijn positie als hofmeier

- Stelde als eerste de Merovingische vorsten absoluut in zijn schaduw: had reële macht in handen

- Durfde koning niet van troon te stoten, had sacrale legitimiteit door afstamming

- Reputatie: 732: Slag bij Poitiers = 1 van de grote successen van Karel Martel => invloed in Aquitanië, Provence en Bourgondië

- Oorlogen kostte veel middelen => ‘oplossing’ = confisqueren van kerkelijke gronden om ze te geven aan zijn getrouwen (> Gefolgschaften)

Pepijn III

- Pepijn III de Korte = zoon van Karel Martel

- 1ste Karolingische koning

Erfopvolging

De wet beperkte erfopvolging van koningen tot de mannelijke lijn, vrouwen waren dus uitgesloten: eindigden meestal in kloosters, niet altijd vrijwillig.

Brunhilde

= weduwe van een Merovingische koning, zij heeft grote rol heeft gespeeld in verschillende erfopvolgingen, eliminaties en benoemingen van hoge geestelijken.

Lees meer...

Vooraf

  • Recuperatie

- Periode spreekt heel lang tot de verbeelding

- Clovis als stichter van de Franse natie? > Le Pen (Front National)

- Karel de Grote als stichter van Europa? > Karel – de – Groteprijs

=> politieke recuperatie van de geschiedenis !

  • Clovis

Laat Franken zich ontwikkelen tot belangrijkste volk van Europa

=> MAAR: Frankisch rijk wordt door de Salische Wet keer op keer slachtoffer van verbrokkeling (erfrecht van de zonen)

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen