Cognitieve ontwikkelingsbenadering
- Gepubliceerd in Psychologie
- Lees 707 keer
Kinderen worden hier gezien als actieve denkers over sociale regels
(bij psycho-analyse en leertheorie worden kinderen gezien als passief)
Vanaf kleuterperiode hebben kinderen al morele oordelen.
Kleuters onderscheiden :
- Morele regels
- Fundamentele rechten
- Sociale conventies
- Hoe je je moet gedragen, afspraken, zoals bv. tafelmanieren
- Persoonlijke keuze
- Er worden geen rechten geschonden, het hangt enkel af van het individu
- Bv. het is mijn kamer, dus ik moet niet opruimen als ik dat niet wil. Ik heb er last van, jij niet!
Kinderen leren deze onderscheidingen door actief betekenis te geven aan hun ervaringen
Morele regels | Sociale conventies |
Beschermen rechten en welbevinden van mensen | Gewoonten zoals tafelmanieren of kledingstijlen |
Slachtoffers en andere kinderen reageren sterk op morele overtredingen | ‘Peers’ reageren zelden op overtredingen van conventies |
Volwassenen lichten gevoelens van slachtoffers toe | Volwassenen geven minder toelichten, eisen gehoorzaamheid |
Binnen het morele gebied is het denken nog rigied, d.w.z. enkel op basis van opvallende kenmerken van de situatie. Bv. “stelen is altijd fout”.
Hoe onderscheiden ze morele imperatieven van sociale conventies?
Door sociale ervaringen leren ze te denken over morele kwesties!
- Leeftijdsgenoten reageren minder fel op overtredingen van sociale conventies
- Ruzies om rechten, bezittingen en eigendom met broers/zussen en leeftijdsgenoten helpen kinderen hun eerste ideeën over gerechtigheid en eerlijkheid uit te werken
- Volwassenen moeten omgaan met het overtreden van regels
- Volwassenen moeten hun communicatie aanpassen naar wat hun kinderen kunnen begrijpen , zoals verhaaltjes vertellen met morele implicaties, prosociaal gedrag aanmoedigen en het kind zachtjes stimuleren om verder na te denken , zonder kritisch of vijandig te zijn.
- Kinderen die niet graag gezien zijn (niet populair), kennen het onderscheid tussen moreel-conventioneel niet zo goed.