Eerste woordjes
- Gepubliceerd in Psychologie
- Lees 2933 keer
- 6 maanden: kinderen beginnen de betekenis van de woorden te begrijpen:
Als ze luisteren kunnen ze ‘mama’ en ‘papa’ onderscheiden (TV-experiment)
- 1 jaar: kinderen zeggen hun eerste woorden:
- Belangrijke mensen (“mama”, “papa”)
- Alles wat beweegt (“auto”, “bal”, “kat”)
- Bekende handelingen (“da-da”, “op”, “meer”)
- Resultaten bekende handelingen (“vuil, “nat”, “heet”)
Sommige eerste woorden hebben een samenhang met cognitieve prestaties
Bv. object-permanentie: “alles weg”, “allemaal weg”
Kinderen zijn gemotiveerd om woorden te leren die relevant zijn voor probleem-oplossen.
Ook emoties beïnvloeden het leren van de eerste woordjes
Bv. Een kind roept enthousiast “schoen” omdat het kind weet dat wanneer je je schoenen aandoet, je naar buiten gaat en iets leuks gaat doen.
Kinderen hebben probleem van onder- en overextensie:
> Onderextensie:
- woord wordt toegepast op kleiner aantal voorwerpen of gebeurtenissen dan waarvoor ze geschikt zijn. De term wordt te eng toegepast
- Bv. “beer” enkel gebruiken voor de eigen teddybeer, maar niet voor de beer in de zoo
> Overextensie:
- Woord wordt toegepast op bredere verzameling van woorden of gebeurtenissen dan waarvoor het geschikt is. De term wordt te breed toegepast
- Bv. “auto” voor personenwagens, vrachtwagens, treinen, bussen, ...
- Men denkt dat kinderen overgaan tot overextensie omdat ze het juist woord niet kunnen herinneren.
Wanneer kinderen er niet in slagen om een woord uit te spreken wil nog niet zeggen dat ze dat woord niet kennen:
> Spreken -> vaker overextensie
> Begrijpen -> minder vaak overextensie