Menu

De theorie van G.H. Mead

- ontwikkeling zuigelingen tot sociale wezens

→ door de handelingen van individuen rondom hen te imiteren

→ taking the role of the other: vanaf dit stadium beginnen kinderen een ontwikkeld zelfgevoel te krijgen door zichzelf door de ogen van anderen te zien

- zelfbewustzijn:

1. I (ik): spontane wensen en verlangens

2. Me (mij): al verinwendigde rollen

=> overgang in persoonlijkheidsontwikkeling van kind naar 5-jarige is het gevolg van rol verinwendiging

=> 8 tot 9 jaar: georganiseerde spelen

→ spelregels etc

→ begrip krijgen van waarden en normen die aan de basis liggen van het georganiseerde sociale leven

= generalised other: normen en waarden leiden zelfstandig bestaan, los van concrete personen die de normen doen toepassen

Lees meer...

Freud en de psychoanalyse

- belang van het onbewuste en van seks

→ persoonlijkheidsontwikkeling: proces dat spanningen oproept

→ driften controleren, maar dezen blijven krachtige motieven in het onbewuste

=> verschillende stadia: schenkt veel aandacht aan oedipale fase

= fase dat kinderen stilaan zonder het voortdurende gezelschap van de ouders kunnen

→ erotisch geladen spanningen

→ oedipus complex

Lees meer...

De vroege ontwikkeling van het kind

- Ontwikkeling van de perceptievaardigheid

= verschillen waarnemen en daarop reageren

→ pasgeboren kinderen reageren al selectief op hun omgeving

→ perceptuele vaardigheden zijn eerst zeer zwak, maar vanaf enkele maanden nemen de visuele en auditieve capaciteiten snel toe

- Lachen en wenen

=> Volwassenen reageren selectief op het gedrag van hun baby:

→ gedrag wordt opgevat als betekenisvol: responsen van de baby worden sociaal gedrag baby huilt zonder bedoeling, maar afhankelijk van hoe de ouders hierop reageren, wordt het gedrag betekenisvol en dus sociaal gedrag

=> betekenis van wenen en lachen wordt toegekend = in alle culturen verschillend

- Zuigelingen en Verzorgers

=> baby herkent de moeder vanaf 3 weken: reageert op bepaalde kenmerken

→ vroege interactie tussen moeder en kind is niet zo natuurlijk als men soms denkt, is sterk cultureel bepaald

=> zeven maanden: baby ziet moeder als een op zichzelf staand persoon

→ tijdsbesef en besef dat voorwerpen en mensen een zelfstandig bestaan leiden, ook wanneer je er niet naar kijkt

=> leerperiode voor de moeder:

→ projecteren eigen kenmerken op de baby

→ leren gedrag van het kind te interpreteren en op een gepaste manier te reageren

- De ontwikkeling van sociale reacties

=> ontstaan van de sociale wereld: verschil/onderscheid maken tussen actieve en passieve dingen (bijv mensen en knuffels)

→ of dat dingen blijven bestaan, ook als zijn ze buiten gezichtsveld

=> Mildred Parten over spelen: aantal stappen

1. solitair: kind speelt op zichzelf

2. parallelle spelen: kinderen zijn zich bewust van anderen rondom hen, beginnen te imiteren

3. associative play: kind betrekt zijn eigen gedrag op anderen, maar blijft doen wat hij zelf wil

4. cooperative play: echte samenwerking

=> 1 tot 5 jaar: discipline en zelfbeheersing

→ lichaamsbehoeften controleren

→zich gedragen in verschillende contexten

=> 5 jaar: redelijk autonoom wezen

→ kan bijna onafhankelijk routinematige activiteiten uitvoeren van het leven thu

- gehechtheid en verlie

=> Bowlby: moederlijke deprivatie: kinderen die geen hechte en liefdevolle verhouding met hun moeder ervaarden, kunnen later persoonlijkheidsstoornissen krijgen

→ e.g. Rhesusapen: niet zozeer contact met moeder was belangrijk, eerder gehechtheid aan soortgenoten in het algemeen

- Deprivatie bij kinderen

=> kind moet consistente relaties met anderen opbouwen waarbinnen her zich emotioneel kan hechten aan anderen

→ niet noodzakelijk de moeder zelf

→ vorming van stabiele, emotioneel zeer hechte relaties met anderen is voor het kind onmisbaar

=> Korte vs. lange termijn gevolgen

→ korte: ontreddering

→ lange: achterstand in taal- en intellectuele ontwikkeling

Lees meer...

Opvoedingspatronen

- socialisatie door interacties die kinderen met anderen aanknopen

→ wederkerigheid: kinderen beïnvloeden ook gedrag van hun omgeving

- Repressieve versus tolerante socialisatie: (schema: p 66 + nota’s)

1. Repressieve socialisatie= wanneer de betrokkenheid van het kind in zijn socialisatieproces wordt benadrukt

2. Tolerante socialisatie= wanneer de rol van de opvoeder wordt benadrukt, het kind moet vooral gehoorzame

Lees meer...

De mens als sociaal wezen

- socialisatie = iets geschikt maken voor sociale omgang, een individu vormen zodat het zijn steentje kan bijdragen aan de maatschappij

→ is niet slechts cultureel programmeren, is een actief proces waar men actief aan deelneemt

→ gaat je hele leven door

→ primaire socialisatie vs. secundaire socialisatie

- essentieel:

→ voor voortbestaan van de maatschappij: wordt met ieder nieuw lid ‘herbrond’

→ voor individu: leert vaardigheden en wordt een zelfbewust persoon met een eigen identiteit (dus individu krijgt pas zelfstandigheid en zelfbewustzijn dankzij de sociale processen waarvan ze deel uitmaken)

- begint al voordat het individu geboren is: geboorteplanning, abortus, …

- mens dankt alles aan de sociale omgeving waarin hij terecht komt

→ menselijk gedrag is aangeleerd

→ zelfs meest elementaire activiteiten

e.g. slapen

→ ook complexe gedragingen

e.g. groeten

- Het geval Genie: illustreert hoe essentieel sociale contacten zijn voor de ontwikkeling van een kind of wat van een mens zonder sociale contacten terecht komt p 63

- Enfants Sauvages:

→ menselijke mogelijkheden zijn zeer beperkt indien ze zich niet kunnen ontwikkelen tijdens een vroege socialisatieperiode

=> menselijkheid is GEEN biologische factor, maar een sociaal-culturele verworvenheid

=> mens is een sociaal wezen omdat de sociale omgeving hem vormt

Lees meer...
Abonneren op deze RSS feed

Advies nodig?

Vraag dan nu een gratis en vrijblijvende scan aan voor uw website.
Wij voeren een uitgebreide scan en stellen een SEO-rapport op met aanbevelingen
voor het verbeteren van de vindbaarheid en de conversie van uw website.

Scan aanvragen