In Nederland is het meestal zo dat als een club in een grote stad gevestigd is, men last heeft van hooliganfirms. (een Hooliganfirm zijn groepen hooligans) Er zijn enkele uitzonderingen maar over het algemeen geldt: hoe groter de stad, des te groter de firm. Nou heeft het niet alleen te maken met de grote van de stad alleen, maar ook de populariteit van de club.
Mensen uit het hele land worden aangetrokken door deze clubs.
Clubs als Ajax, Feyenoord en PSV hebben supporters uit het hele land. Ajax heeft veel supporters uit Zeeland en deels uit Limburg, Feyenoord heeft veel supporters uit Limburg en deels uit Zeeland en PSV heeft in Oost-Brabant, Limburg en Gelderland veel supporters zitten.
Niet al die supporters gaan naar de clubs omdat de resultaten goed zijn, een enkeling gaat, naast de goede resultaten, ook voor het rellen. Kom je van het platteland of uit een kleine stad en je kunt deel uitmaken van iets groots is dat natuurlijk verleidelijk. Je ziet het bij clubs uit de provincie ook goed. FC Groningen die Groningen als achterland heeft, FC Twente die een groot deel van Twente als achterland hebben en FC Utrecht die de provincie Utrecht tot hun gebied mogen beschouwen hebben ook allemaal middelgrote tot grote firms. Die drie clubs hadden samen met Feyenoord, Ajax, PSV, ADO Den Haag en NAC de eerste hooligangroeperingen.
Er zijn uitzonderingen als ADO Den Haag uit Den Haag en FC Den Bosch uit Den Bosch. Die clubs presteren vrij matig en spelen regelmatig in de 2e divisie. Toch hebben zij ten opzichte van de ‘top drie’ een redelijke achterban. Ook zijn er kleinere clubs uit kleine steden die een berucht hooliganverleden kennen. Voorbeelden hiervan zijn Go Ahead Eagles uit Deventer, de plaatselijke FC uit Zwolle en FC Dordrecht.
Hooliganisme verdwenen?
Het hooliganisme leeft nog steeds. Men wil het simpelweg niet geloven en toegeven. Het was iets uit de jaren ‘70 en ‘80 wordt gezegd, maar het bestaat wel degelijk nog steeds. Niet meer zoals vroeger in het stadion en zelfs op het veld, zoals gladiatoren in Rome met tienduizend toeschouwers, maar buiten de wedstrijden om in de binnensteden en in parkjes.
De trend is om de avond voor de wedstrijd elkaar te "ontmoeten". Via internet en telefoons worden afspraken gemaakt. Uit jaarcijfers van het landelijke politiekorps blijkt het aantal incidenten zelfs met 16% te zijn gestegen in 2005. De politie kan maar geen vat krijgen op het fenomeen, aangezien er, anders dan vroeger, geen duidelijke leiders meer zijn. Eén persoon had toen duidelijk de leiding, en iedere agent wist alles van hem, tot zijn adres en werk aan toe. Die personen werden vaak niet opgepakt, omdat er anders een onderlinge strijd zou ontstaan om de nieuwe leider te worden.
Dit is dus tevens het grootste probleem van de politie tegenwoordig, want de oude garde heeft een gezin en neemt geen risico’s meer. De nieuwe generatie heeft dus geen duidelijke leiders. Vroeger was Geis van Delft de duidelijke leider van de Feyenoorders, en Carlo Picorni van de Ajacieden. De leider van de vorige generatie hooligans van de Amsterdammers was tevens de oprichter van het fanzine De Ajax Ster (DAS). Ook was de plek van het geweld al bekend: in of rondom het stadion. Die plekken verschillen nu per keer. Zelfs in discotheken, op vakantie in Spanje - in Salou zitten de Ajacieden en in Lloret de Mar de Feyenoorders - en op grote dansfeesten als Dance Valley.
Hoe komt het dan dat je er nog maar weinig van hoort? Dat ligt voornamelijk aan de aandacht die de media hieraan schenken. Ook de media hebben totaal geen overzicht van het wel en wee van de verschillende groepen, en er is niemand onder de hooligans die vrijwillig ook maar één woord te veel zal zeggen tegen een krant of een verslaggever.
Vroeger stond elke week wel een berichtje in de krant over de rellen van die week, maar die zijn er niet meer. Een Middlesbrough-fan werd in Amsterdam in het begin van dit seizoen gedood door hooliganisme van de fans van AZ. Het eerste slachtoffer van geweld rondom voetbal in Nederland was helemaal niet Carlo Picorni. Een aantal jaar ervoor, namelijk 1991, overleed een hooligan van FC Twente namelijk aan zijn verwondingen na een steekpartij met Feyenoorders. Feyenoorders scanderen altijd "joden lopen altijd weg", en de Hagenezen "joden zijn laf". FC Groningen en FC Twente hebben een grote hekel aan elkaar en dit komt door een groot aantal aanvaringen in het (nabije) verleden. Door het gebrek aan mediamacht is dit niet bekend bij het ‘grote’ publiek.
Ook dit seizoen is er volop afgesproken. AZ’ers laten ook steeds vaker van zich horen de laatste jaren. Vier jaar geleden sloopten zei een café in Kerkrade, en zodoende is ook de wedstrijd Roda JC - AZ een risicowedstrijd geworden. Veertig hooligans uit Den Haag gingen naar Breda, maar de hooligans van Vak G lieten het afweten op de afgesproken plek. Sparta Rotterdam, dat toch algemeen bekend staat als nette club, heeft ook een jongerenkern. Met dertig man zochten zij Feyenoorders op op het Rotterdamse Stadhuisplein
- zonder succes overigens. En in de Eerste Divisie laten fans van Go Ahead Eagles regelmatig van zich horen, en dan voornamelijk als hun club tegen FC Zwolle moet aantreden. En dit zijn alleen nog maar de incidenten die op internet en tv verschijnen. Onlangs nog deelde de KNVB 130 stadionverboden uit aan fans van Roda JC na rellen met Ajacieden; waarbij gezegd moet worden dat ook veel onschuldigen een stadionverbod hebben gekregen.
In Nederland zie je dat er ook vriendschappen onstaan. In het buitenland ontstaan vriendschappen vaak op grond van zelfde politieke ideeën of opvattingen, vriendschappen in Nederland ontstaan vaak na een emotioneel moment, zoals het overlijden van een speler van één der clubs. Zodoende onstond de vriendschap tussen NAC Breda en De Graafschap.
Internationale vriendschappen bestaan ook. Roda JC is bevriend met Alemannia Aachen en KV Mechelen, FC Groningen met Aston Villa en Werder Bremen, Ajax met Tottenham Hotspur en Celtic. Feyenoord knoopte een vriendschapsband aan met Royal FC Antwerp, PSV met onder meer Lommel, NAC Breda met Sankt Pauli, Lokeren en Celtic, ADO Den Haag met Juventus, Club Brugge en Legia Warschau en Sparta Rotterdam met Leeds United. En hooligans van FC Twente hebben al jaren een innige vriendschapsband met hooligans van Schalke 04. Deze vriendschappen ontstaan meestal door internationale toernooien, waar de fans goed met elkaar op konden schieten. Of als een lid van de harde kern verhuist naar een ander land en daar een andere club bezoekt. Of door het principe "de vijand van de vijand is onze vriend". Elke Europese wedstrijd van Ajax reizen er Rotterdammers en Hagenezen mee, om de tegenstander te ondersteunen.
Tijdens wedstrijden tussen landenteams worden vaak korte samenwerkingsverbanden gesloten. In Engeland neemt bijna elke club een groepje mee; in Nederland de meesten ook wel, buiten de hooligans van Ajax. Anderen zijn van mening dat dat alleen maar voor onrust zou zorgen, aangezien er een hoop andere clubs geen hoge pet op hebben van de club uit de hoofdstad. Bij wedstrijden van Oranje in de Kuip is het bijna altijd raak. Op het
Stadhuisplein verzamelt een groep van ongeveer 150 tot 200 man zich, en als de opponent verschijnt begint de alternatieve wedstrijd. In Amsterdam gebeurt dit meestal op het Rembrandtplein. Vooral als Engeland en Duitsland op bezoek komen staat de hele binnenstad op zijn kop.
Van waar komt de naam “hooligan” en de geschiedenis ervan? De naam komt van een Ier, Patrick Hooligan, die leider was van een bende die op allerlei gewaagde manieren wist het geld van de voorbijgangers te stelen. Historisch gezien gaat het voetbalspel terug op een balspel tussen Engelse dorpen, waarbij men een opgeblazen varkensblaas in elkaars doel moest zien te krijgen. Het spel kon soms verschillende dagen duren. Iedereen kon meedoen. De regels waren gebaseerd op traditie en spontaan inzicht.
Het spel had doorgaans een zeer gewelddadig karakter, met gewonden en schade langs een variabel speeltraject, dit kon soms wel tien tot vijftien kilometer lang zijn. Bij verschil van inzicht ontstonden massale vechtpartijen. Dit was er dan ook de oorzaak van dat het spel door de autoriteiten tussen 1314 en 1667 meer dab dertig keer officieel werd verboden. Het spel werd vooral in het begin van de 19de eeuw op Engelse kostscholen verder ontwikkeld en kreeg formele en geschreven regels. Het werd een elitespel of, zoals het toen ging heten, een sport.
Vanaf 1850 raakte het spel verspreid onder bredere lagen van de bevolking en de beroepsspeler deed zijn intrede. Vanaf dat moment werden in hoog tempo voetbalclubs opgericht.
Het geweld bleef echter deze sport begeleiden. Reeds voor de eeuwwisseling deden zich regelmatig incidenten voor bij voetbalwedstrijden in Engeland.
Vanaf 1880 werd het voetbal in Nederland geïmporteerd uit Engeland. Dat gebeurde via kinderen van een elite die op de Engelse scholen kennis maakten met deze sport. Weliswaar was het voetballen in Nederland aanvankelijk ook een exclusieve aangelegenheid, maar omstreeks 1910 begon de voetbalsport zich snel over de bevolking uit te breiden. Het resultaat was dat het voetballen uitgroeide tot volkssport nummer één en inmiddels enorme aantallen toeschouwers trekt. Ook bij het Nederlandse voetbal hebben ongeregeldheden een lange geschiedenis.
Reeds in 1899 moest een wedstrijd die in Rotterdam werd gespeeld, worden gestaakt wegens het minder gepaste optreden van het publiek. Maar vooral sinds de zeventiger jaren doen zich in toenemende mate incidenten voor die door toeschouwers worden veroorzaakt.
Verschillende incidenten begonnen zich meer en meer voor te doen buiten het stadion, dit in de vorm van vernielingen in bussen en treinen en niet te vergeten op de weg naar het stadion, waarbij in steden soms een spoor van vernieling werd aangelegd. Geweld rond het veld in groepsgedrag. De gewelddadige supporters begeven zich groepsgewijs naar het stadion en treden in het stadion als één grote groep op. Deze groepen toeschouwers noemen zichzelf meestal naar het vak of de ‘Side’ waarin zij staan in het stadion van hun club, vb: O-side, Hell-side, …
De meeste van deze jonge toeschouwers zijn enthousiaste supporters die hun club door dik en dun steunen en vrijwel alle wedstrijden, zowel thuis als uit bezoeken.
Ze zijn duidelijk herkenbaar aan clubkleuren en clubsymbolen, aangebracht op petten, dassen, vlaggen en al wat ze noch met zich konden meevoeren. Door luidkeelss aanmoedigingen, door te zingen en te schreeuwen, dragen ze bij tot de sfeer in het stadion en proberen ze invloed uit te oefenen op het wedstrijdverloop. Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Studiemateriaal Er bestaat een uitgesproken rivaliteit met de supporters van de tegenpartij. Behalve dat er een wedstrijd op het veld plaatsheeft, is er sprake van een parallelcompetitie tussen de
Sides, een competitie die trouwens voor zowel voor, als tijdens en na de wedstrijd plaatsneemt. Kern van deze competitie is de andere Side te overtroeven in stoer doen, risico nemen, enz. De sportieve prestaties op het veld vallen dan in het niet bij het leven en kabaal dat men maakt tegen de andere Side.
Het vandalisme binnen de stadions is redelijk ingedamd door allerlei maatregelen, zoals beveiliging door hekwerken en zware politiebewaking. Omdat het door de genomen maatregelen voor gewelddadige supporters moeilijker werd vijandelijke supporters te treiteren en mogelijk te molesteren, zijn binnen de stadions vooral de spelers van de tegenpartij doelwit van gewelddadigheden geworden. Met name keepers moeten het hierbij ontgelden. Zij zijn het slachtoffer van het gooien van flesjes, blikjes, stenen, stokken, muntstukken, vuurwerk en dergelijke.
Oorzaken van voetbalvandalisme:
Maatschappelijke verschijnselen zoals voetbalvandalisme kennen doorgaans diverse oorzaken. Aanvankelijk werd het gewelddadig gedrag van het publiek gezien als een direct gevolg op het veld. Agressie roept agressie op!
Er zijn drie verschillende verklaringen voor het geweld in en rond het veld. Deze zijn gewelddadige sportbeoefening van de spelers en agressie bij het publiek, de verloedering van het betaalde voetbal en de maatschappelijke oorzaken.
Gewelddadige sportbeoefening van de spelers en agressie bij het publiek Agressieve sporten hebben een agressiefverhogend effect op de toeschouwers. Blijkbaar zijn er ook andere oorzaken van publieksgeweld dan gewelddadig gedrag van sportbeoefenaars. Hoewel het gedrag van spelers een versterkend effect kan hebben op de gewelddadige instelling van het publiek, dient de allesoverheersende betekenis van spelverruwing als veroorzaker van het voetbalvandalisme te worden afgewezen.
De verloedering van het betaalde voetbal
Voetbalvandalisme vindt zijn uiteindelijke oorzaak in het feit dat het Belgische betaalde voetbal volstrekt verloederd is. Het is een illusie te menen dat dit louter geldt voor zogenaamde voetbalvandalen. Het zijn immers niet alleen deze jongeren die de spelers van de tegenpartij begroeten met een fluitconcert, in plaats van applaus. En het zijn niet uitsluitend de voetbalvandalen die zich laatdunkend uitlaten over de scheidsrechter en deze eventueel onthalen op zware scheldpartijen. Het brede publiek is in de loop van de jaren tachtig meer en meer overgegaan tot dergelijk gedrag.
Hoewel het zonder twijfel juist is dat het betaalde voetbal in België gekenmerkt wordt door vervaging van normen, moeten we er relativerend op wijzen dat overeenkomstige vormen van normvervaging op allerlei gebied in onze samenleving voorkomt.
Verder blijft onduidelijk waarom zich tradities van vandalistisch gedrag zijn gaan voordoen bij sommige clubs en niet bij andere. Opvallend is overigens wel dat voetbalvandalisme zich vooral voordoet bij clubs uit steden waar in sterkere mate meer dan elders in ons land allerlei vormen van vandalisme en meer in het algemeen jeugdcriminaliteit zijn waar te nemen.
Maatschappelijke oorzaken
Er bestaat een veelheid aan theorieën hierover. De oorzaken van het voetbalvandalisme worden daar met name gezocht in de positie van de samenleving van de hooligans.
Uitgangspunt is dat de voetbalsport de belichaming is van de waarde die in de arbeidersklasse hoog aanzien genieten en wel met name mannelijkheid en het zich verbonden voelen met de eigen groep. Deze waarden komen tot uitdrukking in de manier waarop het spel gespeeld wordt. Hierdoor is tijdens de industrialisatie van Engeland het voetballen de belangrijkste sport voor de arbeiders geworden. Iets anders is ook dat in Engeland een zekere verburgerlijking van de arbeidersklasse heeft plaatsgevonden. Deze ging gepaard met een afbraak van de levensstijl van de traditionele arbeidersklasse. Hierdoor dreigde de specifieke arbeidersklasse niet te verdwijnen, da toch naar aard ingrijpend te veranderen.
Het voetbalvandalisme is sinds het begin van de zeventiger jaren steeds meer los gaan staan van het wedstrijdgebeuren en is steeds meer in verband gebracht de genoemde crisis. Inmiddels liggen aan voetbalvandalisme dan ook dezelfde ten grondslag als aan vandalisme in het algemeen en aan delinquent gedrag:
-Slechte gezinsverhouding
-Ontbrekende effectieve ouderlijke controle
-Problematische schoolcarriere
-E.d.
Profiel van de voetbalvandaal
Aan de hand van verscheidene onderzoeken en enquêtes hebben we het profiel van een voetbalvandaal kunnen schetsen:
De voetbalvandaal is: - Van het mannelijk geslacht.
- Ongeveer twintig jaar oud.
- Woont in de stad of omringende gemeente van zijn ploeg.
- Is ongehuwd.
- Is ofwel werkloos, ofwel student.
- Indien hij werkt, is het als arbeider.
- Hij drinkt graag een biertje
- Pleegt binnen de voetbalcontext voornamelijk vandalisme , gericht tegen personen en smaad
- Is ook buiten de voetbalcontext geneigd tot delinquent gerdag.
Dit profiel is voor de standaard hooligan. Het is zeker en vast mogelijk dat sommige voetbalvandalen hiervan afwijken.
3) Preventie en bestrijding van voetbalvandalisme: Wat betreft voetbalvandalisme is het wel duidelijk dat rond een eenvoudig spelletje een moeilijke maatschappij is ontstaan. Maatregelen zijn er wel, maar het wondermiddel is nog niet uitgevonden.
De meeste maatregelen liggen op het gebied van de technopreventie. Ze zijn vooral gericht op de veiligheid binnen de stadions. Zo maakt het samenbrengen van jonge supporters in een bepaald gedeelte van de tribune hen tot een doelwit voor scheld- en vechtpartijen. Behalve dat deze supportersscheiding en de tesamengaande samenwerking van de politie voor de baewaking, heeft geleid tot doelwitten en bevorderen ze tot vandalisme buiten het stadion.
De politie wil vooral de nadruk leggen op maatregelen van preventieve aard. Een mogelijkheid is te proberen om op de motieven van jongeren om voetbalvandalisme te plegen in te spelen door hun in clubverband allerlei activiteiten aan te bieden, zoals videoavonden, reizen naar andere ploegen, enz.
Dit betekent dat de ploegen een positieve houding moeten ontwikkelen naar de supporters toe. De binding van de jeugdige supporters met de club kan bijvoorbeeld bevorderd worden door het oprichten van verenegingen.
Andere maatregelen liggen op het gebied van de organisatie. Het gaat dan ook om zaken als coördinatie tussen verschillende politiekorpsen bij de ploegen. Wat de recente ontwikkeling betreft , kan worden geconstateerd dat de coördinatie is verbeterd. Men is inmiddels overeengekomen dat bij al het betaalde voetbal de politie van de gemeente moet betrokken zijn en de burgemeester de wedstrijd kan uitstellen of verbieden.
Tot slot kan men zich afvragen of de gespannen aandacht in ons land voor hooliganisme het verschijnsel niet verhoogt dan verlaagt. Hoewel voetbalvandalen in het algemeen van mening zijn dat de weergave van voetbalvandalisme in de media volstrekt overdreven, zijn ze erg geïnteresseerd in informatie via deze media. Als behaalde heldendaden worden vermeld, ontlenen ze daar prestige aan, ook al hebben ze er maar in de verte verte mee te maken. Wanneer de eigen Side, als ruig of gevaarlijk word genoteerd, is de prestige winst nog groter.
Zodoende kunnen de media een niet te onderschatten bijdrage leveren aan het ontstaan van voetbalvandalisme. De meeste mensen kunnen absoluut geen begrip opbrengen voor het feit dat bepaalde groepen jongeren zich schuldig maken aan het voetbalvandalisme.
4) Persberichten:
Uittreksel: De telegraaf:
Nederland: Voetbalvandalen worden eindelijk hard aangepakt
· Er moest kennelijk eerst een dode vallen, voordat er effectief wordt opgetreden. Die dode viel eind maart bij het gewelddadige treffen tussen aanhangers van Ajax en Feyenoord op een weilandje bij Beverwijk. F-side aanhanger Carlo Picornie werd doodgeknuppeld door uitzinnige Feyenoordsupporters. Sindsdien lijkt de Nederlandse samenleving bereid echt iets tegen het voetbalvandalisme te ondernemen.
· Voetbalvandalisme is een al tientallen jaren bestaand probleem. Van het begin af aan werd geroepen om krachtdadig ingrijpen door de politie. Maar ja hoe gaat dat: ook al werd het Stuvia.com - De Marktplaats voor het Kopen en Verkopen van je Studiemateriaal voetbalvandalisme steeds ernstiger, de tolerantie tegenover dit geweld groeide gewoon mee. Steeds weer kondigde de overheid aan aan dat het nu afgelopen moest zijn en dat er paal en perk zou worden gesteld, maar in de praktijk hadden relschoppers er niet echt last van.
Ze kregen af en toe een lel van de politie of werden zelf wel eens aangehouden, maar meestal kwamen ze al snel weer vrij. Werd er eens een boete of straf uitgedeeld, dan maakte die niet veel indruk. Kortom, het geweld ging gewoon door en de intensiteit ervan groeide.
· Een nieuwe ontwikkeling in de voetbalrellen kwam dit voorjaar toen de supporters geen genoegen meer namen met rellen en vechtpartijen bij of rond een wedstrijd. De zogenaamde 'harde kernen' begonnen gewelddadige ontmoetingen tussen de supportersgroepen te organiseren, buiten het directe voetbal om. Zo kreeg het meer het karakter van gladiatorengevechten op locatie als volksvermaak, waarbij de gladiatoren zich konden onderscheiden door hun moed en vechtkunst. Voor het organiseren ervan grepen de 'supporters' naar moderne communicatiemiddelen als mobile telefonie en het internet. De politie had de grootste moeite om op deze ontwikkelingen te reageren. Hoewel ze meestal wel lucht had gekregen van wat er te gebeuren stond, wist ze niet precies waar de ongeregeldheden zouden plaatsgrijpen en zodoende liep ze althans in Beverwijk achter de feiten aan. Dat in Beverwijk allerhande slag- en stootwapens werden gebruikt en dat daar een dode viel verraste niet echt, maar het was wel het sein om er ook van overheidswege harder tegenaan te gaan. Dit was natuurlijk te verwachten omdat iedereen na deze escalatie moord en brand schreeuwde. Al waren er ook stemmen te horen van 'laat ze mekaar toch lekker uitroeien; opgeruimd staat netjes'.
· Een week later al, toen er weer geruchten waren dat er veel supportersgeweld te verwachten viel rond de wedstrijd Den Bosch-FC Den Haag, werd er stevig opgetreden. Een massale politie-inzet hield de zaak stevig onder controle. Nieuw was dat er gebruik gemaakt werd van preventieve arrestaties van potentiële relschoppers. Dat kan in Nederland natuurlijk niet zomaar, daarvoor moest een speciale noodverordening te hulp worden geroepen. Ook de Haagse politie was preventief bezig door lastige supporters uit de trein naar Den Bosch te halen en vast te zetten. Zoiets deden ze voorheen niet, dan was de politie altijd al blij als ze de zaak een beetje in de hand hield. Desnoods lieten ze een groep relschoppers zonder kaartje in de stadions toe, om te voorkomen dat die supporters helemaal over de rooie zouden gaan. Maar nu is de mentaliteit kennelijk veranderd.
· De regering, de politie en de clubs hebben sinds de zwarte dag in Beverwijk de koppen bij elkaar gestoken en afspraken gemaakt die het geweld voorgoed moeten indammen. De volgende maatregelen worden genomen:
o betere informatie-uitwisseling over relschoppers
o betere coördinatie van de relbestrijding
o meer 'uniformen' bij de stadions
o de introductie van een nieuwe persoonsgebonden clubkaart
o registratie van misdrijven op de clubkaart
o een landelijk stadionverbod voor vandalen
o een grotere politie-inzet
o meer inzet van video- en fotomateriaal
o meer en snellere arrestaties, ook preventieve
o meer veiligheidsmaatregelen door de clubs
o 'harde kernen' worden beschouwd als georganiseerde misdaad
o zwaardere straffen
Uit het hele land en uit de Tweede Kamer steeg na het bekendmaken van deze plannen een goedkeurend gemompel op. Slechts weinigen durfden nog een kritische opmerking te maken dat hierdoor het wettelijk recht op privacy toch wel erg wordt aangetast. Nu maar afwachten of de relbewuste en geweldsgeile voetbalvandalen zich door dit pakket maatregelen zullen ,laten afschrikken.